Na het behalen van het CWO III diploma is de eigenvaardigheid van een zeiler op een dergelijk niveau dat dit voldoende is om kennis over te gaan dragen aan beginnende zeilers. Vanaf dit punt zal dan ook niet langer gesproken worden over CWO diploma’s maar zeilinstructie (Zi) niveau, het niveau van zeilinstructeurs. Om daadwerkelijk te mogen lesgeven moet iemand een methodisch/didactische cursus volgen. Na afloop van deze cursus kan een soort examen gedaan worden, een Proeve van Bekwaamheid (PvB) om een instructeurdiploma te behalen. Tijdens de methodisch /didactisch cursus wordt ingegaan op verschillende aspecten van lesgeven. Een cursustermijn van enkele dagen zou voldoende moeten zijn om uiteindelijk het instructeurdiploma zeilinstructeur 2 (Zi-2) te kunnen behalen (zeilinstructeur 1 bestaat niet binnen de CWO).
Zoals gezegd kun je na deze didactische scholing een Proeve van Bekwaamheid doen. Om toegelaten te worden tot deze PvB gelden een aantal voorwaarden. Allereerst dien je een eigenvaardigheidniveau van CWO III te hebben, daarnaast minimaal 16 jaar zijn, medisch geschikt te zijn voor watersport en tot slot kunnen zwemmen. Tijdens de PvB wordt bekeken of je een veilige lesgeefsituatie kan creëren, of je het zeilniveau van zeilers in kunt schatten en kunt assisteren bij het organiseren van activiteiten. Deze drie aspecten hangen bauw samen met de aspecten veiligheid, netheid, organisatie, communicatie, didactiek en sfeer. Sommige vaarscholen hanteren strengere eisen zoals een hogere leeftijd, een hoger eigenaardigheidniveau of een minimaal zwemdiploma. Dit kan door de vaarscholen zelf bepaald worden, echter de eisen van de CWO zijn minimumeisen welke een vaarschool/vereniging verplicht is te hanteren.
Een kandidaat kan nooit zelf een PvB aanvragen, maar dit wordt aangevaagd dor de leercoach welke de instructeur heeft begeleidt tijdens de methodisch/didactische scholing. Als de leercoach van mening is dat de instructeur voldoende op niveau is dan kan de leercoach de PvB aanvagen. De PvB moet dan ook niet gezien worden als examen maar meer als een controle van de beoordeling van de leercoach. Om het diploma Zi-2 te behalen moet een toekomstig instructeur drie PvB’s afleggen (X1/X2: keuze tussen portfolio of praktijkbeoordeling). Dit zijn het geven van lessen, het assisteren bij activiteiten en het inschatten van het vaardigheidsniveau. Alle drie de competenties kunnen aangetoond worden door middel van een portfolio, de competentie kan ook door het geven van lessen in praktijk worden aangetoond, iets waar de meeste vaarscholen (logischerwijs) voor kiezen. Zie hiervoor ook de tabel hieronder.
De PvB´s die horen bij het behalen van Zi-2 zijn (geldig op 1-1-2011):
KSS | Competentie | Portfolio | Praktijk |
2.1 | Geven van lessen | X1 | X2 |
2.2 | Assisteren bij activiteiten | X | |
2.3 | Inschatten vaardigheidsniveau | X |
Na het behalen van Zi-2 mag een instructeur onder begeleiding lesgeven. Dit betekent dat een instructeur onder begeleiding van een ervaren instructeur (een leercoach) lesgeeft. Dit houdt echter niet in dat deze ervaren instructeur ook daadwerkelijk altijd mee het water op dient te gaan! Het gaat er meer om dat de ervaren instructeur de Zi-2’er helpt bij het maken van een lesvoorbereiding, het bedenken van oefeningen en helpt bij het maken van een weekplanning. Natuurlijk is het wel wenselijk dat deze ervaren instructeur af en toe meegaat om te kijken hoe de Zi-2’er lesgeeft zodat de ervaren instructeur ook tips en trucs kan geven. Het zou goed zijn om bijvoorbeeld twee keer een half dagdeel daadwerkelijk mee te gaan op het water. Een Zi-2’er is bevoegd om les te geven aan beginnende zeilers, dit betekent dat lesgeven is toegestaan tot en met CWO II.
Pingback: Zeilinstructeur 3: een zelfstandige instructeur | BeterZeilen.nl
Pingback: Zeilinstructeur 4: gevorderd lesgeven en begeleiden | BeterZeilen.nl